Boekentips
Door: Joris Backer, Marielle van Oort en Sterre van Oort
Overrompeld door autoritaire machthebbers
Politicoloog en auteur Giuliano da Empoli breekt langzaam door in het Nederlandse publieke debat, mede dankzij een optreden in Buitenhof. Zijn meest recente boek Het Uur van de Wolven krijgt veel aandacht. Het doorlopende thema in al zijn boeken is de ondoorgrondelijke en nietsontziende macht van autoritaire leiders die aan de top van de politieke pyramide kan ontstaan.
Die machtsvorming is van alle tijden, maar het thema dat bij Da Empoli centraal staat is de technologische versnelling die hierin een doorslaggevende rol kan spelen. Het accent ligt op de high tech-manipulaties ten gunste van autoritaire leiders, die een belangrijke rol hebben gespeeld bij de verkiezing van Giorgia Meloni en Donald Trump, bij de Brexit, maar ook in Polen en waarschijnlijk eveneens in ons land.
Giuliano da Empoli is als politicoloog verbonden aan het prestigieuze (zo weet ik uit eigen ervaring) Parijse Institut d’Études Politiques en is actief in de denktank Volta in Milaan. Deze meertalige denker-schrijver heeft de gave van de pen en weet daarnaast door te dringen tot de hoogste politieke kringen. Hij was bijvoorbeeld adviseur van Mateo Renzi, die korte tijd premier van Italië was, en reisde met Emmanuel Macron mee in diens Franse presidentiële entourage.
Autoritaire agenda
Het uur van de Wolven maakt net als eerdere boeken van Da Empoli duidelijk dat de combinatie van high tech en autoritair leiderschap het grootste gevaar vormt voor de overleving van de democratie. Dat de auteur toegang heeft tot de machinekamers van de macht maakt zijn werk spannend voor de politieke junkie. Zijn analyses worden gelardeerd met tal van smakelijke details van ontmoetingen op het hoogste niveau. Giuliano da Empoli maakt van dichtbij Trump, Musk, Meloni, Orbán en anderen mee. In zijn observaties trekt hij historische parallellen met de Azteken, Machiavelli en de opkomst van de Borgia’s.
In Het Uur van de Wolven laat de schrijver zien dat we wereldwijd in een nieuwe fase beland zijn. De toch al schaarse democratieën worden van binnenuit bedreigd door een manipulatieve autoritaire agenda, die ongebreideld kapitalisme laat samengaan met het veroorzaken van zoveel chaos en crises, dat de autoritaire leider als het ware vanzelf als enige 'oplossing' in beeld komt.
Dynastieke macht
De wolven uit de titel van zijn boek zijn Donald Trump, Javier Milei, Mohammed bin Salman (MBS), Elon Musk en Mark Zuckerberg. Het 'uur van de wolf' refereert als Franstalige uitdrukking aan de schemering, aan het langzaam overgaan van de dag in de nacht, waarbij onzekerheid en angst kunnen toenemen.
Het boek is rijkelijk voorzien van insiderkennis. Zo laat Da Empoli zien hoe MBS op gewelddadige wijze zijn macht gevestigd heeft temidden van de vele prinsen en troonpretendenten van Saoedi-Arabië, en daarmee een voorbeeld wordt van een moderne dynastieke macht.
Dergelijke macht vormt een inspiratie voor de Trump Inc. Familie, het imperium dat ongegeneerd de grenzen tussen privaat en publiek laat verkruimelen, ten gunste van het vullen van de eigen zakken. De schrijver laat zien dat de overrompeling door macht en intimidatie werkt en dat deep fake, AI, sociale media en cyberinterventies gebruikt worden om de klassieke deugden van de democratische samenleving te verzwakken en uiteindelijk te ontmantelen. Dit alles geeft zijn boodschap ook urgentie: een duidelijke waarschuwing aan al te goedgelovige democraten die denken dat het met de democratie vanzelf goedkomt.
Zijn er nog naïeve democraten, na de opkomst van Geert Wilders bij de verkiezingen in november 2023, de grote winst van de AFD in de Bondsrepubliek, en de eerste maanden na herverkiezing van Trump? Ik vermoed van wel en ik zou hen, maar ook een breder publiek met interesse in de publieke zaak, dringend willen adviseren dit boek te gaan lezen. Er staan huiveringwekkend leerzame passages in die de titel rechtvaardigen - en wie weet de lezers activeren om actief te worden in een tegenbeweging!
Joris Backer
Voormalig lid Eerste Kamer voor D66

De heks is terug – en ze heet Halsema (of Kaag of Simons)
Een taxirit, een bijnaam en een analyse die verder reikt dan de dagkoersen van de media. In zijn essay ‘Het geval Hekse Falsema’ onderzoekt schrijver en essayist Daan Heerma van Voss hoe haat tegen machtige vrouwen niet alleen een probleem van individuele personen is, maar ook een symptoom van iets groters: een democratie die worstelt met haar eigen gendernormen.
Van taxirit naar de spiegel
Tijdens een rit in een taxi noemt de chauffeur de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema “Hekse Falsema”. Het lijkt een onschuldige versprekingsgrap, maar voor Heerma van Voss is het aanleiding tot een reflectie op de manier waarop vrouwen met macht stelselmatig worden gedegradeerd tot karikaturen.
Daarbij neemt hij de lezer mee langs mythologische, historische en hedendaagse beelden van vrouwen – van Griekse godinnen tot publieke figuren als Sigrid Kaag en Sylvana Simons. Vrouwen die zich in de arena van macht begeven, zo stelt hij, worden beoordeeld op een onmogelijke vier-eenheid: ze moeten tegelijk competent, warm, bescheiden en charismatisch zijn: het cijferslot voor vrouwelijke macht. Wordt één van de vier eigenschappen gemist, dan lonkt het publieke oordeel: "heks", "hoer".
Vrouwenhaat als structureel probleem
Heerma van Voss legt in scherpe bewoordingen bloot hoe deze beoordelingsstructuren niet toevallig of individueel zijn, maar geworteld in eeuwenoude patronen van haat naar vrouwen. In interviews met vrouwelijke politici komt niet alleen die haat naar voren, maar ook de stilzwijgende verwachting dat zij zich hier maar tegen moeten wapenen.
Het ondermijnt actief de legitimiteit van vrouwelijke leiders en, breder nog, het vertrouwen in democratische instituties. Als vrouwelijke gezagsdragers op sociale media systematisch worden weggezet als ‘heks’ of erger, dan vormt dat een frontale aanval op het gezag zélf.
Geen moraal
‘Het geval Hekse Falsema’ is geen moralistisch pamflet. In plaats daarvan biedt het een spiegel. Aan mannen, vooral, maar impliciet ook aan de samenleving als geheel. “De haat,” schrijft Heerma van Voss, “is zelden écht tegen die ene vrouw gericht. Ze is een uitlaatklep voor een gevoel van controleverlies.” Daan Heerma van Voss levert een bijdrage aan het maatschappelijk debat over democratie en gelijke (gender)kansen. En toch merk ik dat het essay ergens blijft hangen, zeker in de laatste hoofdstukken.
De verdieping in hoe mannen naar vrouwen kijken en een vorm van bedreiging ervaren, raakt een gevoelige lijn. Ik zie de inzet van Heerma van Voss op een helder en beschouwend betoog. Maar toch ontkom ik als lezer niet geheel aan een irritatie die ik het hele boek niet eerder ervoer dan bij deze laatste hoofdstukken: het is typisch geschreven door een man. Maar wellicht geeft dat ook de complexiteit van het onderwerp aan.
Marielle van Oort
Het geval Hekse Falsema; Waarom Nederland zijn vrouwelijke politici haat

Kopvoddentaal. De overtuigende taal van Geert Wilders
In Kopvoddentaal. De overtuigende taal van Geert Wilders onderzoekt Robbert Wigt, docent Nederlandse taal- en letterkunde, niet inhoudelijk wat Wilders zegt, maar hóe hij het zegt – en vooral waarom het taalgebruik van Wilders al twintig jaar effectief is binnen de Nederlandse politiek. Met taal als Wilders machtigste wapen brengt het boek, ook met het oog op de Tweede Kamerverkiezingen in oktober 2025, een belangrijk onderwerp ter sprake.
Aan de hand van tweets en debatfragmenten laat Wigt zien hoe Wilders zich profileert met uitspraken die voortdurend balanceren op de rand van het toelaatbare. Deze uitspraken lijken een shockerend of juist amuserend effect te hebben. Hyperbolen, scherpe weerwoorden, ironie, berekende boosheid en humor zijn vaste ingrediënten in zijn taalgebruik. Hoewel zijn uitspraken inhoudelijk niet altijd diepgaand zijn, trekken ze door hun formulering wel volop de aandacht. In een paar woorden kan Wilders niet alleen politici doen steigeren, maar weet hij ook de media te bereiken. Wilders taalgebruik is dus belangrijk voor de wijze waarop hij vaak het politieke debat weet te beheersen.
Opvallend daarnaast is de manier waarop Wilders de harde toon van zijn politieke optredens weet te verzachten via social media. Door persoonlijke berichten te delen, waaronder tweets over zijn katten, schetst hij een vriendelijker, bijna huiselijk imago, dat contrasteert met zijn ferme standpunten over bijvoorbeeld asielzoekers (die hij overigens ook via social media uitdraagt). Wigt laat overtuigend zien hoe deze ogenschijnlijke tegenstrijdigheden juist bijdragen aan Wilders’ effectiviteit als politicus.
Kopvoddentaal is een heldere, kritische analyse van de politieke taal als machtsmiddel. Wigt neemt geen stelling vóór of tegen Wilders, maar legt nauwgezet bloot hoe diens retoriek functioneert, en waarom dit aanslaat bij een groot deel van de bevolking. Met de Tweede Kamerverkiezingen van oktober 2025 in aantocht, is Kopvoddentaal een bijzonder actueel boek en een aanrader.
Sterre van Oort
Kopvoddentaal. De overtuigende taal van Geert Wilders
