Reisleider zonder gezag

Reisleider zonder gezag

Joris Backer was namens D66 tussen 2011 tot 2023 namens D66 lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Onlangs verscheen zijn boek Over de Democratie in Nederland. Hierin reflecteert Backer op de hedendaagse uitdagingen in de Nederlandse politiek en samenleving. Dit doet hij samen met het gedachtegoed van de negentiende-eeuwse politiek denker Alexis de Tocqueville. Als uitkomst deelt Backer een aantal deugden die van grote waarde zijn voor een 'succesvolle reanimatie van onze democratie'. In deze blog deelt hij zijn observaties rondom de komst van het nieuwe kabinet Schoof I.

Op 21 maart jl. kon mijn boek Over de Democratie in Nederland ten doop worden gehouden. Ik had in de politieke jaren de methode – Wilders (en op minder succesvolle wijze Baudet) kunnen gadeslaan. Wie goed kijkt ziet een bewuste nederlagenstrategie van het populisme om extreme eisen te stellen en moties in te dienen, om dan bij afwijzing daarvan declameren dat er weer niet geluisterd wordt naar Henk en Ingrid (en dat op Twitter, nu X zetten); of om ‘hondenfluitjes’ in debatteksten te zetten (“omvolking”, de regering de “de vijfde colonne” noemen, groepen migranten aanduiden als een “tsunami”). Enzovoort. PVV- fractievoorzitter Marjolein Faber, nu minister van Migratie en Asiel, volgde jarenlang een politieke strategie die uitsluitend gericht was op ontregeling en ontmaskering van zogenaamd kwade bedoelingen van regeringspartijen.


Hoewel ik de verkiezingsuitslag van 22 november 2023 nog in de redactie van mijn boek kon meenemen, leek bij de publicatie in maart jl. een kabinet met Geert Wilders nog science fiction. Toen kwam de bordesscène op 2 juli 2024 en was het realiteit. Aan het hoofd van deze vierpartijen coalitiekabinet staat de tragische figuur van ex-topambtenaar Dick Schoof, die gevraagd is om dit reisgezelschap naar het door Wilders beloofde land te leiden. Hij begon bij zijn eerste optreden als premier in het tumultueuze debat over de regeringsverklaring met twee wellicht fatale inschattingsfouten. De eerste was door verwarrend te openen met zijn bewondering voor Sifan Hassan (kennelijk een gewenste migrant). Dat leidde zijn tweede fout in door vervolgens te stellen dat “het springende punt” voor de Nederlandse burger de grip op migratie is (kennelijk grip op ongewenste migranten).

Veel belangrijker voor het gezag van Dick Schoof is dat hij zich met de keuze voor dat ‘springende punt’ als een reisleider opstelde die zich richt op de Nee-zeggers in zijn reisgezelschap. Door zich woordvoerder van de Nee-zeggers te maken riskeert dat hij nu al zijn gezag over het hele gezelschap kwijt is. De Nee-zeggers zijn hoe dan ook tegen, maar de rest gaat ook in het negatieve scenario geloven. Hij miskende dusdoende mijn wet van de reisleider, die ik bespreek in de eerste van mijn zeven deugden van de democratie. Daarin betoog ik dat leiders zich juist moeten richten op de werkelijke zorgen van de meerderheid van de burgers. Voor hen zijn reële ‘springende ‘kwesties’ wonen, werken, inkomen, veiligheid en inflatie. Het gaat erom die reizigers over te halen om vooruit te willen op een mooie reis door concrete voorstellen van wetgeving en beleid.


Wellicht heeft deze capabele ex-topambtenaar Schoof gedacht dat hij de instructies van zijn werkelijke politieke baas Geert Wilders diende uit te voeren. Hij had als voormalige baas van de IND kunnen weten dat asielmigratie alleen in de EU kan worden opgelost. Schoof had kunnen weten dat Geert Wilders er helemaal niet naar streeft om van migratieopvang en doorstroming een succes te maken. Het cynisme van de methode Wilders, die ik jaren heb kunnen gadeslaan (en Schoof dus ook), is dat problemen juist onoplosbaar moeten blijven. Daardoor kan hij aan zijn achterban uitleggen dat de anderen er niet aan mee willen werken. Deze nederlagenstrategie is immers de bron van Geert Wilders’ politiek succes. Arme Dick. De vraag is wat dit voor de toekomst van ons land gaat betekenen.